dinsdag 25 mei 2010

Watershura KOWT WAL in DORAFSHAN WEST (week 21)

Tijdens de HOTO liet Kapitein Hans (mijn voorganger) geen ogenblik onbenut om het belang van water te benadrukken. Luister Dennis, wij zijn nu bijna 7 maanden in DORAFSHAN geweest en het merendeel van de gesprekken ging over problemen gerelateerd water. Dus als ik je een advies mag geven, richt dan je aandacht op water. Natuurlijk Hans, klinkt goed! Maar … vertel me eens wat dan de precieze vraag vanuit de bevolking is én welke oplossingen zij voor ogen hebben. Enthousiast zet Hans een aantal creatieve oplossingen uiteen te zetten die zeker zouden werken in landen die niet verscheurd zouden zijn door ruim dertig jaar oorlog. Echter in dit lang, waar interne conflicten aan de orde van de dag zijn en men niet de drang heeft om op een vierkante kilometer met elkaar samen te werken, is (mijn inziens) een andere oplossing nodig. In Uruzgan maakt het namelijk echt uit of je wel of niet één kilometer verder woont. Dat kan het verschil zijn tussen geen ontwikkeling en ontwikkeling. Dit heeft alles te maken met de tribale verhoudingen en het feit of personen met macht je wel of niet wat willen gunnen als je deel uitmaakt van hun tribe of daarmee bevriend bent. Ik kijk Hans aan en benadruk dat ik zijn mening deel betreft de waterproblematiek en daarmee aan de slag zal gaan de komende. Hans knikt en reageert opgetogen. Echter, in gedachte zie ik een concretere uitwerking voor me die betreft aanpak en uitgangspunten sterk afwijkt dan die van Hans.

Ondertussen zijn we ongeveer tweeënhalve maand verder. Het missieteam heeft tal van experts gesproken, een serie rapporten gelezen, tientallen patrouilles in het veld uitgevoerd, meer dan honderd mensen gesproken en (last but not least) tweemaal een tweeweekse operaties uitgevoerd in samenwerking met de Mariniers (w.o. de operatie waar op 17 April om 15:08 twee Mariniers het leven hebben gelaten door een IED aanslag en een derde Marinier zwaar gewond is geraakt). Dit alles heeft ertoe geleidt dat we de situatie op dit moment helder voor ogen hebben. Na de ‘Directors Update’ (het dagelijkse praatje) roep ik de Kapitein Sebastiaan, Korporaal Yvon en Kapitein Pieter (MT-4 leden) bij elkaar om binnen het missieteam de feiten op een rijtje te zetten, een oplossing te formuleren en werkafspraken te maken. Het Missieteam is nu aanzet! Let’s do it!

We concluderen dat een groot aantal gebieden in DORAFSHAN WEST geen water hebben. Zowel drinkwater als irrigatiewater voor landbouwactiviteiten. Tegelijkertijd zijn er gebieden aan de oevers van de rivier die periodiek te kampen hebben met overstromingen, waardoor hun Quala’s, wegen en landbouwgronden weggespoeld hebben. Enerzijds dus een tekort, anderzijds een overschot met allerlei negatieve bevolking voor de bevolking. Maar wat betekent een tekort aan water nu in gebieden als Uruzgan? Ten eerste, te weinig schoon drinkwater zorgt voor veel ziektes zoals diarree waardoor jaarlijkse veel kinderen aan overlijden. Aangezien water hier niet uit de kraan komt een serieus probleem. Ten tweede is er door aanhoudende perioden van droogte een tekort aan irrigatie water, waardoor de boeren hun akkers niet kunnen bevloeien en oogsten mislukken. Een mislukte oogst betekent geen inkomen, geen eten, grote zorgen voor de familie en dus zijn deze mensen een makkelijke prooi voor de TALIBAN. Immers, deze TALIBAN zoekt na zwakke mensen om hen IEDs te laten leggen en ons aan te vallen in ruil voor bescherming, eten en zekerheid. Kortom, een stabiele situatie voorkomt de steun van de bevolking!

We besluiten dan ook om dit probleem aan te pakken, maar constateren dat watermanagement een zaak is die men gezamenlijk dient op te pakken. Gelukkig hebben we allemaal opgelet tijdens de geschiedenislessen op de Middelbare school; de dijken in Nederland hebben ervoor gezorgd dat de Nederlanders het water konden buitenhouden, maar iedereen moest daaraan meerwerken. Immers als er één boer weigert om mee te doen met de dijk omdat hij dat niet wilt op zijn land, dan zal het water (uit de zee) via deze boer alle anderen ook bereiken. Dit zal het uitgangspunt vormen voor DORAFSHAN WEST waar ook iedereen zal moeten meewerken. We besluiten dat de waterproblematiek de casuïstiek is om watermanagement en governance in dit gebied te introduceren. Twee vliegen in klap dus! Enthousiast worden verschillende organisaties (om operationele reden worden die hier niet vermeld) door het missieteam benaderd, organiseren we tal van patrouilles om de bevolking te informeren en stellen we vanuit TARIN KOWT alles in het werk om iedereen samen te brengen. De bevolking steunt het initiatief en besluit om zelf een WATER SHURA te organiseren. Dat wil zeggen, een bijeenkomst van ouderen en locale baasjes die gezamenlijk zullen gaan praten over de waterproblematiek teneinde een oplossing te formuleren. De avond voor de Shura belt Sebastiaan van COP TABAR; Hoi Dennis, iedereen is zover, de organisator heeft alles geregeld. Het schaap en kippen heeft hij gekocht, dus morgen lekker smullen tijdens de Shura. Natuurlijk Sebastiaan, maar de laatste keer dat ik een paar dagen bij Afghanen heb gegeten had ik meer een afspraak met de DIXIE en de NATTE FAB dan met Afghanen zelf. De gedachte alleen maakt me weer misselijk. Ik hoor Sebastiaan lachen aan de andere kant van de telefoon en besluit hem nog naar de laatste details te vragen. Ik wens hem veel succes en zeg dat ik morgenvroeg terplekke zal zijn.

Op 22 mei vroeg in de ochtend vertrekt na maanden van voorbereiding - vanuit TARIN KOWT - mijn konvooi richting KOWT WAL. De afspraak is dat ik aanwezig zal zijn om ‘mijn kunstje’ te doen, waardoor ik er samen met de kerels en Mariniers op uitrek. Door de onlangs geasfalteerde weg (een prestige project van het Ministerie van Buitenlandse Zaken) zijn we binnen twee uur op plaats van bestemming. Dat scheelt echt uren in vergelijking met het verleden waar dit stukje meer dan een halve dag in beslag nam. Ik besluit om het laatste deel achter de MACH (wapen voor spreidingvuur op een BUSHMASTER om dit voertuig te verdedigen) te gaan staan, zodat ik bovenluiks sta en alles goed kan waarnemen. In de verte zie ik Kapitein Sebastiaan al staan samen met zijn deel van de Mariniers. Een aantal mannen brengt de militaire groet naar mij als ze mij bovenluiks zien staan. Sommigen lachen enigszins over het feit dat de MAJOOR achter dit wapen staat. Ach ja, ook de MAJOOR wil weleens wat anders. Morguh Majoor, roept de Pelotons commandant mij toe en begeleidt mij samen met Sebastiaan richting ABDUL K die glimlacht en mij krachtig omhelst. SALAM ALEIKUM! Ik groet hem terug en we wisselen (via de tolk) wat beleefdheden uit, waarna we het gastenverblijf van de QUALA betrekken. Buiten regelen de mannen de veiligheid samen met de Afghaanse politie, binnen de QUALA doe ik ‘mijn ding’ samen en vooral voor de Afghanen; zorgen voor vrede en stabiliteit door een doorbraak te forceren in hetgeen wat mensen bindt en niet zozeer in datgene dat hen verscheurd. Ditmaal is dat water. Een onderwerp dat juist altijd zo centraal heeft gestaan in de opbouw van de Nederlandse democratie, vrede en stabiliteit van het land. De geschiedenis is dichter bij en overeenkomsten zijn soms kleiner dan we denken.


Omwille van operationele reden kan ik op dit moment niet ingaan op de resultaten, vervolgstappen en datgene dat is besproken. Het project is nog volop in beweging. Dat betekent ook dat de foto’s hiernaast geen betrekking hebben op de watershura om de levens van Afghanen niet onnodig in gevaar te brengen. Tevens was tijdens deze SHURA VOLKKRANT journalist Noel van Bemmel aanwezig die een uitgebreid verslag heeft uitgewerkt.

zondag 23 mei 2010

The Wall of … (week 19)


De SLAAPFAB is het domein waarin een militair zich enigszins kan terugtrekken. In mijn geval weliswaar met twee andere collega’s maar over het algemeen denken die hetzelfde; boekje lezen, muziek luisteren, postkaarten schrijven, filmpje op de laptop kijken of iets van dergelijke strekking. Hoewel een uiterst relatieve vorm van privacy, wel een hoognodige vorm. De SLAAPFAB wordt dan ook ingericht als iets van ‘jezelf’. Echter met zoveel mogelijk spullen die anderen je bij vertrek hebben meegegeven of per post toezenden. Paradoxaal eigenlijk als je daar even over nadenkt; een eigen plekje, maar met spullen van anderen! Hoe tegenstrijdig zijn dingen hier (op het eerste gezicht).

De wereld op z’n kop?! Nee, dat zeker niet! Dat stukje ‘eigen’ dat anderen je toesturen zijn namelijk juist die dingen die je uit je eigen omgeving mist, en die je weer ‘binnenlaat’ als ze worden toegezonden. Dingen die thuis zodanig normaal zijn geworden en in grote overvloed, dat als ze er één even niet zijn je het niet eens (meer) merkt. Dat betekent dat als iedere maandagmiddag de post komt er tevens een stukje thuis arriveert. Wat dat ook moge zijn. Een briefje, foto, een cd met muziek, stroopwafel, drop of een knutselwerk van de achterneefjes! Allemaal dingen die een letterlijke boodschap bevatten; datgene dat is opgeschreven. Maar vooral ook dingen die de herinneringen aan thuis oproepen. Tijdens mijn vorige uitzending heb ik het ‘The Wall of …’ genoemd omdat het leuk was post te krijgen. Ditmaal realiseer ik mij daadwerkelijk wat het inhoud om post te krijgen; niet het pakket of de brief, maar een stukje thuis dat dierbaren aan je overdragen.

Mijn postadres is:
Majoor CJD Havermans
V122354
PRT 9 – MT4
NAPO 115
3509 VP Utrecht

donderdag 29 april 2010

Nothing Special To Report (week 18)

Morguh Yvon, lekker geslapen?! Yvon kijkt me slaperig aan, strikt haar schoenen en groet ingetogen terug. Het vaste ochtendritueel op het moment dat de deur van de Slaapfab op TARIN KOWT open gaat om de dag te beginnen. Gehuld in korte broek, op slippers en toilettas in de hand sta ik de deuropening van de Slaapfab om richting de gepantserde douche- en wasruimte te lopen. Daar aangekomen ondergaan de PRT collega’s hetzelfde ritueel; wassen, scheren, tandenpoetsen en deo sprayen. Op de terugweg nog een groet hier en daar naar de PRT collega’s die vandaag door de wekker heen zijn geslapen en zich haastig richting de gepantserde douche- en wasruimte begeven. Morguh Bas, roep ik mijn missieteam genoot nog na. Hij lijkt mij niet gehoord te hebben en spert zich een weg voorwaarts richting de gepantserde douche- en wasruimte.

In de Slaapfab ontdoe ik mij van het vrijetijdstenue en trek ik mijn uniform aan. Aangezien Jaap op missie is en Berend zijn ochtendritueel een half uur eerder is gestart, kan ik de dag rustig opstarten. Na een minuut of vijf plaats ik de baret en stap de Slaapfab uit. Morguh Dennis, hoor ik opgetogen. Yvon heeft zich ondertussen ook onderworpen aan het ochtendritueel en kijkt vrolijk op vanuit de groen ijzeren klapstoel waar ze wacht. Hoi Yvon, lekker geslapen vannacht? Nou niet echt, antwoord ze. Eigenlijk wist ik het antwoord al. Afgelopen heeft de TALIBAN gemeend om een raket te zenden richting ons kamp, waarna het kamp is wakker geschud. Een korte onderbreking van de nacht, zonder dat dit echt een serieuze dreiging te noemen is. Ja Yvon, shit happens. Ik zal de volgende keer aan die TALIBS vragen of ze rekening willen houden met de negen tot vijf werktijden, zodat we lekker kunnen slapen. Yvon, lacht en gebaart dat we richting de eetzaal gaan voor het ontbijt. Terwijl we rustig het slaapchalet verlaten, sluit Bas zich bij ons aan. Morguh, Bas. Een groet terug en we lopen over de paradeplaats, langs de PX SHOP en ECHOs richting de eetzaal.

Tijdens het ontbijt wordt er vooral gesproken over de raketaanval. Jan, een missieteamlid en artillerist, grapt wat over de situatie. Bas, laat geen seconde liggen en maakt van de aanleiding gebruik om er een hilarisch spektabel van te maken. Laten we zeggen, een goed begin van de dag. Niet veel later lopen we met z’n vieren naar de Werkfab. Langs de voertuigen, door het beveiligspoortje van de Slowaakse wacht, over het grindpad langs de verschillende Werkfabs. De PRT werkfab is te herkennen aan het eenheidsembleem; een Fenix herrijzende uit zijn as, het zwaard op de achtergrond omringd door een laurier rans. Door de corridor lopen we richting het koffiezetapparaat, nemen een kartonnen bekertje met koffie en stappen de briefingroom in voor de Directors Update, ofwel de morning pray. Het dagelijks terugkerend ritueel waar de sectiehoofden, missieteam commandanten elkaar en de combinatie directeur en legerleiding op de hoogte brengen van afgelopen en komende 24-uur. Na de afgelopen dagen vurige verhalen, anekdotes, en successen te gedeeld hebben is er vandaag een Nothing Special To Report. Laten we zien wat deze dag gaat brengen.

maandag 26 april 2010

You’ve got the looks! (week 17)

Noodrantsoenen, tosti’s, noedel soepjes, slapen in een QUALA (Afghaanse woning), beperkte douche- en toilet faciliteiten, pissen in een pisbuis en schijten in een vuilniszak (die vervolgens wordt verbrand als HUMAN WASTE). Enkele kenmerken die het verblijf op COP TABAR verraden; een primitieve basis in DORAFSHAN WEST, iets ten Noorden van TARIN KOWT en dus KAMP HOLLAND. Eén van de COMBAT OUTPOSTS die onder de verantwoordelijk van Missieteam 4 valt. Op het eerste gezicht lijkt de COP (zoals wij het noemen) een 1-ster knaken camping uit een verouderende kampeergids. Een verblijf voor de campingganger die een lekker wil ‘terugkeren naar de basis’ om de luxe van de Westerse wereld te ontvluchten. Lekker terug bij af! Misschien is dat ook wel zo, maar voor ons is dat het dagelijks leven waarna je danig verlangt. Dit is het echte leven, de actie, het primitieve en het ruige. Het leven van een boots on the ground field officier die tussen de bevolking opereert. Ver weg van de staftijgers en processen die zich afspelen op KAMP HOLLAND. Dit is het leven waar velen van ons voor hebben gekozen; een militair bestaan, primitief en gehard.


Daarmee biedt deze op het eerste gezicht uitziende 1-ster knaken camping dan ook een ultieme vorm van genot en rust. Met name in de ochtend wanneer zich een vast ritueel afspeelt van opstaan, wassen, wakker te worden met een kop koffie, sigaret en dat allemaal in het Afghaanse zonnetje. Juist op dit moment van de dag staat de zon nog niet zo fel en is er de rust om wat te lezen. Heerlijk deze ultieme vorm van ontspanning. Een bijkomend voordeel op de COP is dat de kamp-regels bijzonder soepel zijn. Het tenue bestaat uit een korte broek, t-shirt met de meest uiteenlopende teksten en natuurlijke de befaamde teenslippers. Een grote tegenstelling met KAMP HOLLAND, waar strikte regels gelden; gevechtstenue, pet of baret, schoenen en tiptop geschoren. Vooral dat laatste zorgt op deze voor het eerste gezicht uitziende 1-ster knaken camping, dan ook voor verwilderde taferelen. Dat wil zeggen, een verblijf van een weekje of twee zorgt ervoor dat de overeenkomst met lokale bewoners van dit gebied steeds groter worden. De befaamde baard groeit gestaag aan en zorgt ervoor dat velen van ons het gevoel krijgen om ‘going native’ te gaan. You’ve got the looks of an Afghan, vertelde mijn tolk James afgelopen week dan ook.

Moving to COP TABAR (week 16)

Goedemorgen heren! Alles wel?! Morguh, Majoor. Alles wel, leuk dat u met ons meerijdt. We vetrekken over een half uurtje, dus u kunt nog ff chill doen. Bedankt kerel, ik zal ff chil doen. Heerlijk die nuchterheid van deze kerels die de PATRIA in orde aan het maken zijn voor vertrek richting de COMBAT OUTPOST TABAR, afgekort COP TABAR. Op het dak van de PATRIA is Pieter druk bezig om aan zijn opvolger Ruud de instructies te geven wat precies de bedoeling is. Tegelijkertijd legt Boy aan Raymond uit wat van hem wordt verwacht. De kerels van PSE zijn bezig aan hun HOTO. De militaire afkorting voor Hand Over Take Over. Het is een komen en gaan van mannen en vrouwen die afgelost worden. Vol spanning en idealen komt de ene groep binnen, en draagt de andere groep het door hen zorgvuldig opgebouwde werk over. Daarbij kritisch kijken naar de opvolger; is die vent wel in staat om mijn werk over te nemen.


Ik besluit om de kerels hun ding te laten doen en loop richting de luitenant. Morguh Koen, alles in de hand? Goedemorgen Majoor, dank u. Alles gaat goed. Het is een grote groep. Dat denk ik ook Koen. Misschien wel de grootste groep van voertuigen die ik tot nu toe heb gezien. Ik kijk de jonge luitenant in de ogen en zie een gezonde spanning met gevoel van trots. Denkt u Majoor?! Zeker weten doe ik het natuurlijk niet, maar besluit om een krachtig JA uit te spreken naar hem. Het zal hem zeker goed doen! Na kort wat vragen te hebben gesteld hoe het thuis gaat, loop ik door naar onze eigen Bataljons Adjudant Frits. Hoewel het vreselijk vroeg is, heeft Frits de moeite genomen om mij uit te zwaaien. Rustig loop ik op het Westplein langs de VIKINGS, BUMA’s, PATRIA’s, FENNEKS en MB’s richting Frits. Er volgt een vriendelijke begroeting, het laatste nieuws en nog wat opdrachten over logistieke zaken en tot slot de ferme handdruk van deze tijdelijke moeder. Kort daarna wenkt Pieter mij dat ik snel de PATRIA in moet kruipen. Nou Frits, ik ga weer een tijdje weg met deze kerels om Uruzgan een beetje beter te maken. Ga je goed man! Frits bromt snel wat terug in de trant van; wel uitkijken jongen, kom heel terug. Natuurlijk Frits, roep ik lachend als ik de voorbij rijdende PATRIA inspring. Je kent me toch! Lachend zwaai ik hem toe en roep tegen de kerels in het voertuig; we kunnen gaan mannen, voorwaarts!

Pieter lacht me toe en geeft me de TANKHELM aan. Nadat de wapens zijn getest op de HEAVY WEAPON RANGE, gevolg door een korte HEADS UP voor de commandanten rijden we door de straten van TARIN KOWT. Het blijft een geweldig gezicht, een hele colonne met voertuigen, de zon die opkomt en kerels die hun omgeving waarnemen, aftastend naar het gevaar dat onverwachts en altijd op de loer ligt. De tocht levert een fantastisch gezicht op; kinderen die meerennen met de voertuigen, thumbs up tijdens de route en natuurlijk het landschap. Soms lastig te beseffen dat het hier toch echt nog steeds oorlog is.

zondag 25 april 2010

Een jaartje ouder worden in Uruzgan (week 14)

Mijn lichaam is nog niet helemaal gewend aan de combinatie van warm weer, het terrein, de (lange) afstanden te voet en het tempo dat we afleggen. Na twee intensieve dagen van patrouilleren, ga ik deze avond dan ook vroeg naar bed; een uurtje of zeven. De laatste avond van mijn 30e levensjaar. Morgenochtend vroeg zal ik wakker worden in een verscheurd land, tussen mariniers waarmee ik de afgelopen dagen een band mee heb opgebouwd. Geen familie of vrienden, met een ontbijtje of bed, maar afwachten of ze überhaupt weten of ik jarig ben.


Na een heerlijke nacht, ontwaak ik rond een uur of 10.00 uit diepe slaap. Ik kijk in mijn geïmproviseerde slaapkamer, waar de wanden van HESKO’s zijn gemaakt en een stalen plaat ons beschermd tegen regen, wind en ’s zomers de gloeiende zon. Zo te zien zijn twee van mijn tijdelijke matties al ontwaakt; er liggen nog een man of negen te slapen. Ik besluit om mijn witte sportbroek (ondertussen vaal van het stof en zand) aan te trekken en buiten in het zonnetje te gaan zitten. Mijn eerste dag in Uruzgan waar ik rustdag heb en heerlijk van het weer kan genieten. En het is tenslotte mijn verjaardag, dus ik gun mijzelf dat recht. Ik groet wat Mariniers, Rob groet terug; goedemorgen Majoor, goed geslapen? Heerlijk Rob, was echt ff nodig nou die korte nachten en intensieve patrouilles. Ik besluit om naast Rob te gaan zitten . biets een sigaret en schenk een kop koffie aan, die één van de Mariniers net heeft gezet met zijn geïmproviseerd koffiezet apparaatje. Fantastisch die kerels. Gezamenlijk zitten we op een stretcher, genietend van de zon als sergeant-majoor der Mariniers Hans erbij komt zitten. Morgen Majoor, groet hij. Dag Hans, lekker geslapen antwoord ik terug. Prima … peukje? Het ochtend ritueel van veel van deze kerels. Ik besluit na een kwartiertje wat eten klaar te maken, grijp een MRE (MEALS READY TO EAT) pakket uit de rantsoendoos en loop richting de geïmproviseerde keuken van de Patrol Base BUMAN om water te koken. Fijngemalen muesli met rozijnen staat er op de verpakking. Prima, denk ik; why not?!

Eenmaal terugaangekomen bij de HESKO muur, grijp ik mijn boek ‘Het Geheim’ van DAVID BALDACCI, een comfortabele stoel en zonnebrand. Ik trek mijn shirt uit, smeer wat zonnebrand factor 30 op mijn lijf en geniet van ontbijt en een goed boek. Na een kwartiertje aandachtig te hebben gelezen, overvalt mij een bizar gevoel. Ik zittend in de zon, genietend van het moment op de Patrol Base, strijden buiten deze muren om leven en dood. Soms met geweld, soms om hun kans op overleving te vergroten, soms in de strijd tegen armoede. Ondertussen geniet ik van de zon, en baal ik ervan dat ik mij afgelopen week niet heb kunnen douchen en dat mijn baard soms prikt.

Hey Dennis, gefeliciteerd man! Een klap op de schouder, gevolgd door een stevige handdruk van Bart. Gelukkig hij is mijn verjaardag niet vergeten, denk ik. Dankjewel Bart, antwoord ik terug. Bart lacht en vervolgt zijn uitgelaten felicitaties met de vraag; Én Majoor welke leeftijd mogen we noteren?! Oef, dat was nou net de vraag waarop ik niet gehoopt had; 31 jaar en Majoor is, laten we zeggen niet echt gebruikelijk in het leger. Eén-en-dertig jaar, antwoord ik met enige terughoudendheid. Hans reageert direct; nou Kapitein dat heeft de Majoor snel gedaan dan, ha ha. De kerels grappen wat, richting elkaar over rangen en leeftijd totdat de hamvraag op tafel wordt gelegd; wie zorgt er voor de taart. Bij een verjaardag hoort immers een taart. Hmmm, niet aan gedacht. De plaatselijke banketbakker bellen is volgens mij geen optie en veel alternatieven zie ik op dat moment ook niet. Gelukkig weet Bart zijn mariniers aan te moedigen om hun veld skills en drills in te zetten, waarna driftig gediscussieerd wordt over de verschuillende verjaardagen tijdens oefeningen en hoe men de jarige van traktaties wist te voorzien. Nog geen 10 minuten later, ligt er een substantie van chocolade, opgeleukt met rozijnen en nootjes voor me. Kijk Majoor, uw verjaardagstaart en lust u door nog een verst kopje koffie bij? Oh, en gaat u gerust zitten in de stoel van de Kapitein. Bart, besluit de stoel te omhangen met versiersels van toiletpapier, om het feest compleet te maken. Bedankt mannen! Het geeft een fijn gevoel hoe deze kerels onder primitieve omstandigheden, toch zoveel zorg weten te besteden aan dit soort momenten. Collega’s kan je het niet noemen, zijn dit dan je ‘brothers in arms’?

dinsdag 9 maart 2010

Het kabinetsbesluit (week 8)

Na weken van politiek moddergooien, over en weer verwijten maken, over straat rollen en op ondankbare toon sprekend over het goede werk dat de Nederlandse militairen in Uruzgan doen, is er in de nacht van 19 op 20 februari het kabinetsbesluit over de kwestie Uruzgan. De missie wordt niet verlengd en de PVDA ministers trekken zich terug, waardoor die nacht definitief het doek valt voor het kabinet Balkende, de militairen van de Taskforce Uruzgan maar vooral ook voor diegene waarvoor dit alles gedaan wordt; de Afghaanse bevolking dat ruim 30 jaar oorlog, terreur en onderdrukking achter de rug heeft. Op het moment dat het parlement en kabinet dit besluit nemen, doet dat ontzettend pijn. Gevoelens van teleurstelling, boosheid, verdriet, onbegrip en ontzetting gieren door het lijf. Is een besluit als dit humaan en ethisch? Eerst een land te hulp schieten, de bevolking steun toezeggen en met je laten samenwerken om vervolgens terug te stappen. De PVDA geeft aan dat de afspraak was niet nog een keer te verlengen. Maar wat als de situatie is veranderd en het draagvlak (lees kansen) juist vergroot is, zodat er wel verlening nodig is? De gemiddelde manager in het bedrijfsleven zou zijn plannen aanpassen en op deze kansen een nieuw plan maken. De PVDA sluit zijn ogen en zegt nee!

Over minder dan drie weken is het de beurt aan PRT-9 om richting Uruzgan te gaan en daar het commando over te nemen. Wat denken de mannen hierover? Houden we ze gemotiveerd? Zullen juist zij zich gaan afvragen of hun inzet wel nut heeft? Voelen zij zich nog gesteund door diegene die hun deze lastige opdracht geven; het Nederlandse volk, het parlement, kabinet en militaire bazen? Kan ik hen blootstellen aan de serieuze gevaren met de risico’s om lijf en ledematen te verliezen? Terwijl ik de uitkomsten van het debat op mij laat inwerken, poppen deze vragen continue op en raak ik mijzelf meer en meer bewust van het effect dat dit besluit op de mannen en mijzelf! heeft Dit is een serieuze zaak die aandacht behoeft

Ik besluit mijn laptop aan te zetten en mijn telefoon uit vanwege. Het gevoel dat mij bedruipt is dit nieuws verspreidt zich zal verspreiden als een lopend vuurtje en dat binnen afzienbare tijd de buitenwereld vragen zal gaan stellen in de trend van; gaat de uitzending nog door of heeft het allemaal wel zin? Hoewel ik mijzelf kan voorstellen dat dit allemaal logische vragen zijn, heeft dat niet de hoogste prioriteit. Hoe moet ik het nieuws overdragen op het team? Wat zal en kan ik hen vertellen?